Politieke zelfbediening

Vandaag stemde ik in het Bureau van de Kamer van Volksvertegenswoordigers tegen de nieuwe regeling voor betoelaging aan de politieke fracties.

Het Bureau besliste namelijk het aantal fractiemedewerkers vanaf de volgende zittingsperiode te verhogen van 1,05 naar 1,15 per lid en het aantal medewerkers ter beschikking gesteld van de fracties vast te stellen op 1 voor fracties met minder dan 10 leden, 2 voor fracties met minder dan 20 leden en op 3 in alle andere gevallen. Dit komt neer op een verhoging van 14,4 voltijdse equivalenten met een meerkost van ongeveer € 1.057.865,90. Niettegenstaande er hiervoor niets werd voorzien in de begroting gingen alle meerderheidspartijen en Groen hiermee akkoord. In de Quaestuur werd het voorstel ook gesteund door N-VA.

Nadat de Comoripartijen eerst met het senaatsgeld aan de haal gingen, is het nu dus de beurt aan de Kamer om aan politieke zelfbediening te doen. Voor het Vlaams Belang is het onbegrijpelijk dat op een ogenblik dat de Vlamingen gevraagd wordt de broeksriem aan te halen en de regering de hardwerkende Vlaming opzadelt met nieuwe belastingen, CD&V, Open Vld, Sp.a en Groen nu langs de kassa van de politieke zelfbediening passeert. Dit getuigt van een ongeziene minachting voor de Vlamingen in het algemeen en de kiezer in het bijzonder.