Wat verwacht werd, is gebeurd. De Europese Commissie geeft België de laagste score voor de begroting van 2017. De Commissie maakt brandhout van de plechtige belofte van N-VA-minister Van Overtveldt dat we ver weg zouden blijven van de alarmdrempel van -3%. Die drempel zal volgens de Commissie zelfs worden overschreden. Dat buurlanden Nederland, Luxemburg, Duitsland het beter doen, is geen nieuws meer, maar dat dit intussen ook voor Frankrijk het geval is, illustreert hoe erg het gesteld is met de Belgische boekhouding. Met zo’n palmares mocht elke huisvader zijn koffers pakken.
Inspanningen voor niets geweest
Andermaal blijken de ramingen van de inkomsten te optimistisch en overschat men de economische groei. Toen het Vlaams Belang in oktober zegde dat de begroting rechtstreeks uit de fabeltjeskrant kwam, werd het weggelachen. Vandaag bevestigt de Commissie ons gelijk. Door het knoeiwerk van deze regering zullen de pijnlijke inspanningen van de mensen voor niets zijn geweest
Deze regering is de begrotingsteugels helemaal kwijtgeraakt. Paars is helemaal terug. De rekeningen worden schaamteloos doorgeschoven naar de volgende generatie, de vergrijzingsgolf wordt niet opgevangen en de staatsschuld lijkt op die van een bananenrepubliek.
Woordbreuk
Maar ook in het kader van de communautaire stilstand smaakt de budgettaire buis van de bijzonder zuur. Van hun belofte om in ruil voor het bevriezen van de Vlaamse eisen sociaal-economisch orde op zaken te stellen, schiet niets meer over. De conclusie dat binnen België geen economisch of budgettair herstel mogelijk is, maakte de N-VA ook voor de verkiezingen. Eens de ministerpostjes verdeeld, bleek het echter niet meer dan een goedkope belofte. Wat vandaag gebeurt, is niet meer dan de confrontatie met die woordbreuk. Morgen interpelleer ik de premier over de rode kaart van de Europese Commissie tijdens het vragenuurtje in De Kamer.