Turkije hoort niet thuis in de EU

Donderdag werd in De Kamer een voorstel van resolutie ingediend om de toetredingsonderhandelingen tussen Turkije en de EU “tijdelijk te bevriezen”. Vlaams Belang heeft zich op deze resolutie onthouden. Hier kan u mijn tussenkomst bekijken, hieronder kan u het integraal verslag van mijn tussenkomst lezen.

“Voorzitter, collega’s,

Het Vlaams Belang heeft een soortgelijk voorstel van resolutie ingediend, sinds 1999, en elke legislatuur opnieuw. Elke keer hebt u toen de toetredingsonderhandelingen met Turkije hardnekkig verdedigd.

Het voorstel van resolutie dat wij hebben ingediend, gaat uiteraard veel verder dan het voorstel dat vandaag ter stemming voorligt. Wij zijn immers geen voorstander van een tijdelijke bevriezing van de toetredingsonderhandelingen met Turkije, maar wel van een definitieve stopzetting ervan. Ik zal u ook motiveren waarom. Ik zal dat doen met de woorden van Karim Van Overmeire. 

In november 2004 kwam er een boek uit van mijn collega partij-ondervoorzitter Philip Claeys, een zeer lezenswaardig boek, met als titel “Turkije in de Europese Unie, een brug te ver”. Toen dat boek officieel werd voorgesteld, wees Karim Van Overmeire erop “dat de discussie over de Turkse toetreding dreigt te draaien rond de vraag of Turkije voldoet aan de criteria van Kopenhagen, zoals stabiele democratische instellingen, respect voor de mensenrechten, een goed functionerende markteconomie, het overnemen van de Europese wet- en regelgeving, en noem maar op.” Dat is exact, collega’s, de discussie die u hier vandaag aan het voeren bent. Ik citeer verder: “Maar uiteraard staat de Europese Unie niet open voor ieder land dat aan die criteria voldoet, want dan kunnen even goed Japan, Canada en Zuid-Korea toetreden. Artikel 49 van het Verdrag betreffende de Europese Unie stelt duidelijk dat het EU-lidmaatschap is voorbehouden aan Europese landen. De toetreding van Turkije heeft dus zeker niet alleen te maken met de criteria van Kopenhagen, maar vooral met de vraag naar onze identiteit.” 

Wij hebben er ons steeds consequent tegen verzet dat men ons zonder enig publiek draagvlak wil opzadelen met een nieuwe lidstaat die geografisch gezien voor 97 % niet eens in Europa ligt, die historisch nooit tot de Europese beschaving heeft behoord, tenzij als wrede bezetter, die economisch aan geen enkel criterium voldoet, die bovendien islamitisch is, en waarvan dan 80 miljoen inwoners vrijelijk ons continent zouden mogen overspoelen. 

Ik ben nog altijd de mening van 2004 toegedaan: Turkije hoort niet thuis in de Europese Unie. Karim Van Overmeire is door de kracht van verandering allicht van mening veranderd, want zijn huidige partij heeft geen probleem met de Turkse toetreding, als aan die criteria van Kopenhagen wordt voldaan. 

Vandaag pleit u met voorliggend voorstel van resolutie immers voor een tijdelijke bevriezing van de toetredingsonderhandelingen en niet voor een definitieve stopzetting van de toetredingsonderhandelingen, die eigenlijk nooit hadden mogen worden aangevat.

Collega’s, over alles wat u vandaag hebt uiteengezet en in de toelichting van uw voorstel van resolutie schrijft, hebt u volledig gelijk. Eindelijk bent u tot dat inzicht gekomen.

Het is nogal logisch dat het budget voor pretoetredingshulp aan Turkije wordt geschrapt. Dat had al veel langer moeten gebeuren.

Mijnheer de minister, misschien kan u in alle transparantie, waarvan deze week iedereen plots voorstander is geworden – is het niet, mijnheer de voorzitter? –, mededelen hoeveel miljoenen euro de voorbije jaren in het kader van de toetredingsonderhandelingen al naar Turkije zijn gevloeid. De burger is daar benieuwd naar.

Mijnheer de minister, de resolutie komt wel heel laat. Ik heb u en uw voorgangers talloze keren over de schrijnende situaties in Turkije geïnterpelleerd. Ik heb u geïnterpelleerd over de Turkse Koerden, die het slachtoffer van grootschalig overheidsgeweld zijn en over de uitspraken van Erdogan, dat vrouwen niet gelijkwaardig zijn aan mannen. Vrouwen verschillen volgens hem zo sterk dat zij absoluut niet op het niveau van mannen kunnen worden geplaatst. 

Ik heb u ondervraagd over het uiteenranselen van een betoging voor vrouwenrechten in Istanboel en over alle andere protesten, die met ruw geweld de kop worden ingedrukt. Ik heb u ondervraagd over het feit dat krantenredacties tot perskamers van het regime worden omgevormd. Herinner u hoe het redactielokaal van de oppositiekrant Zaman met traangas en waterkanonnen werd bestormd. Ik heb u ondervraagd over het feit dat kritische journalisten in Turkije juridisch worden vervolgd. Nergens ter wereld zitten zoveel journalisten en personen omwille van hun mening in de gevangenis als in Turkije. Ik heb u ondervraagd over de censuur en het blokkeren van websites van sociale media en dies meer alsook over alle andere soorten beknotting van de vrije meningsuiting.

Alle voornoemde zaken hebben alleen maar tot een soort permanente staat van bezorgdheid geleid. Dat was immers het enige antwoord dat ik van de huidige regering kreeg, namelijk dat zij onze bekommernis deelde.

Er werd echter geen enkele gepaste conclusie aan gekoppeld. Alle zaken die ik zojuist heb opgesomd, hebben de regering er ook niet van weerhouden om vorig jaar nog een chantagedeal te sluiten met Erdogan. Hij staat trouwens nog altijd prominent op de lijst van de leden in de Leopoldsorde. Hij werd door u bekroond in 2015…

Deze regering ging vorig jaar nog akkoord met het principe om, in ruil voor een akkoord over de aanpak van de asielcrisis, toegevingen te doen aan Turkije, namelijk meer dan 3 miljard euro van de Europese Unie en de afschaffing van de visumplicht voor de Turken. U ging ook akkoord met het principe om de onderhandelingen nieuw leven in te blazen en zelfs te versnellen. U zag toen geen graten in een akkoord dat een Turkse toetreding wil bespoedigen.

In een officiële Turks-Belgische verklaring naar aanleiding van een bezoek van u, mijnheer Reynders, en van Jambon, Francken en Geens aan Turkije was zelfs sprake van “een verwelkoming van het nieuwe momentum in het toetredingsproces van Turkije in de Europese Unie”. U volgt altijd slaafs die Europese Unie. Ik heb de indruk dat die voor u een soort van heilige koe is, een religie die niet in vraag gesteld mag worden en waarop geen enkele kritiek gegeven mag worden, omdat u dan op een soort van virtuele brandstapel terechtkomt. Nu pas, wanneer het bon ton is geworden in de Europese Unie, durft u zelf met een resolutie te komen.

De zaken die ik daarjuist heb opgesomd, en zelfs het feit dat president Erdogan openlijk de mensenrechten met voeten treedt en alle aspecten van de democratische samenleving aan het opruimen is en aan het vervangen is door een totalitaire islamstaat, hebben deze regering nooit doen ingrijpen, geen enkele keer in de voorbije jaren. Er waren nochtans voldoende aanleidingen en incidenten.

Net zoals de conclusies van de Europese Commissie bij elk jaarlijks vooruitgangsrapport – in de praktijk een achteruitgangsrapport – was ook uw conclusie verkeerd. Steeds werd de verkeerde conclusie getrokken. Het antwoord dat ik elke keer namens de regering van u kreeg, mijnheer de minister, was dat Turkije nood heeft aan meer Europees engagement om het land te helpen een moderne Europese staat te worden. Dat is de wereld op zijn kop.

Ik ben verheugd dat u eindelijk tot inkeer bent gekomen, dat er al een beetje voortschrijdend inzicht is gekomen dat dit inderdaad niet de juiste conclusie was. Het is wel bijzonder jammer dat daar eerst een grootschalige zuiveringsoperatie door sultan Erdogan voor nodig was, na de mislukte staatsgreep van vorige zomer. Dat was voor Erdogan de ideale aanleiding om de zuivering, die hij al jaren doorvoert in het leger en bij Justitie, in snel tempo uit te breiden en te vervolmaken. Zijn zwarte lijst lag klaar. Ik ga het aantal slachtoffers niet herhalen. Collega Turtelboom heeft alles al opgesomd. 

Collega’s, uw voortschrijdend inzicht gaat nog niet ver genoeg. Het tijdelijk bevriezen van die toetredingsonderhandelingen is niet de oplossing. Bekijk het alsjeblieft ruimer dan een loutere toepassing van de criteria van Kopenhagen. Het Noord-Korea aan de Bosporus, dit Turkije, hoort noch historisch, noch geografisch, noch cultureel thuis in de Europese Unie. Vandaag niet, morgen niet, nooit! 

Als u die mening deelt dan moet u onze amendementen steunen. Wij breiden de toelichting uit met deze argumenten en in uw vier vragen vervangen wij de tijdelijke bevriezing door een definitieve stopzetting. Als u het echt meent met wat u daarjuist allemaal zei, als u echt meent wat u zei, collega Turtelboom, namelijk dat Turkije niet tot de Europese Unie kan behoren, dan kan u niet anders dan dit amendement steunen.”