Stadsguerrilla Marokkanen in Brussel: Brusselse augiasstal moet grondig worden uitgekuist
Het Vlaams Belang is ten zeerste verontwaardigd over de vernielingen en de plunderingen die zaterdagavond, naar aanleiding van de kwalificatie van de Marokkaanse voetbalploeg voor het WK, door Marokkanen in Brussel werden aangericht.
Uit deze gebeurtenissen moeten verschillende lessen worden getrokken en er moet vooral doortastend naar worden gehandeld.
Het Vlaams Belang verwacht in de eerste plaats dat het politie- en gerechtelijk apparaat alles in het werk stelt om zoveel mogelijk daders die aan deze stadsguerrilla hebben deelgenomen te identificeren en voor het gerecht te brengen. Snelrecht kan hiervoor in bepaalde gevallen dienstig zijn, maar mag zeker niet volstaan. Geïdentificeerde en veroordeelde relschoppers en vernielers met buitenlandse nationaliteit moeten door staatssecretaris Francken stante pede het land worden uitgezet en voor diegenen met dubbele nationaliteit moet alles in het werk worden gesteld om hen de Belgische nationaliteit te ontnemen en hen eveneens een enkel ticket richting thuisland te geven. Tevens moet worden verzekerd dat de onkosten van de aangerichte schade zoveel mogelijk wordt verhaald op de daders en dat de rest door de overheid wordt vergoed.
De voorvallen van zaterdag tonen verder aan dat de immigratiepolitiek van de voorbije decennia desastreuze gevolgen heeft en dat het een gevaarlijke utopie is grote groepen immigranten in de samenleving op te nemen en te assimileren. Massa-immigratie leidt enkel tot spanningen en tot stadsguerrilla’s zoals we die zaterdagavond hebben meegemaakt. Willen we dit rechttrekken, dan zal het beleid op dat vlak dringend drastisch moeten worden omgegooid.
De Brusselse stadsguerrilla van zaterdagavond heeft daarnaast ook nog maar eens duidelijk gemaakt dat er heel wat structurele gebreken zijn in de Brusselse veiligheidsarchitectuur. Het ontbreken van één Brusselse politiezone staat daarbij centraal. Het Vlaams Belang meent dat ook de federale regering daarin haar verantwoordelijkheid draagt, in de eerste plaats de ministers Jambon en Geens, die dringend werk moeten maken van een eengemaakte politiezone in Brussel. De bestaande wetgeving laat zulks perfect toe, alleen bestaat er langs Franstalige zijde nog altijd een onverantwoorde terughoudendheid om dit in de praktijk te brengen. Het moet nu evenwel duidelijk zijn dat de speeltijd al lang voorbij is en dat de ministers Jambon en Geens eindelijk een initiatief moeten nemen om de structurele tekorten bij de Brusselse politie, in de eerste plaats de realisatie van één politiezone, te verwezenlijken. Ik zal de ministers daar eerstdaags dan ook over ondervragen.