De belastingfactuur voor de beveiligingsopdrachten van het koningshuis loopt hoog op. Uit cijfers die ik bemachtigde bij minister van Binnenlandse Zaken Jan Jambon (N-VA) blijkt dat de kost vorig jaar 15.2 miljoen euro bedroeg. De beveiliging en bescherming van de koninklijke familie gebeurt door het veiligheidsdetachement van de federale politie. Voor de uitvoering ervan werden in 2015 meer dan 265.000 uren gepresteerd, waarvan 175.300 voor de bescherming en beveiliging van de koninklijke familie in de koninklijke domeinen en 90.000 voor de persoonsbescherming van leden van de koninklijke familie tijdens verplaatsingen. Daarnaast werden nog eens 51.200 uren gepresteerd in het raam van het algemeen beheer van het Veiligheidsdetachement bij de Koninklijke Paleizen. De totale factuur loopt op tot zo maar eventjes 15,2 miljoen euro.
Los van de vraag of koning Filip een legitiem staatshoofd is, is het normaal dat hij in zijn functie beschermd wordt. Maar dat moet dan gebeuren met zijn royaal miljoenenbudget dat hij ontvangt via de civiele lijst.
Hoeveel van de 15.2 miljoen euro overigens dient voor de beveiliging van koning Filip en hoeveel voor prins Laurent, Astrid of Albert wou of kon de minister niet geven. Dat is nochtans cruciale informatie. Net zoals in andere de Scandinavische monarchieën is het de taak van de overheid om het staatshoofd te beschermen, niet zijn volledige bloedlijn. Die geldkraan moet dicht.