Enkele weken geleden verscheen het rapport voor het jaar 2021 van de Brusselse vicegouverneur over de niet-naleving van de taalwetgeving in Brussel. Vlaams Belang–Kamerfractievoorzitter Barbara Pas interpelleerde daarover minister van Binnenlandse Zaken Annelies Verlinden (cd&v). “Maar verder dan het betreuren van dit taalwetincivisme kwam Verlinden niet,” aldus Pas. “Zij zou er als bevoegd minister beter iets aan doen, want dit is ook haar verantwoordelijkheid.”
Elk jaar werven de Brusselse gemeenten en OCMW’s een paar duizend nieuwe ambtenaren aan. Die moeten volgens de wet tweetalig zijn. Het is de Brusselse vicegouverneur die daarover controle uitoefent en er elk jaar verslag over uitbrengt. “Zijn jaarrapport over 2021 brengt opnieuw de massale overtreding van de taalwet van de Brusselse besturen onder de aandacht”, aldus Pas, “en het is erger dan ooit tevoren. Slechts 18% van de aanwervingen verliep in dat jaar volgens de taalwet. Het is dan aan de Brusselse regering om die andere 82% aanwervingsdossiers te vernietigen, maar die doet dat nooit. Dat is puur incivisme, want de wet verplicht haar daar echter toe.”
“De minister van Binnenlandse Zaken is perfect bevoegd om de naleving van de taalwet in Brussel af te dwingen”
De regelgevende bevoegdheid over de taalwetgeving in Brussel is evenwel nog altijd federaal en ressorteert onder de minister van Binnenlandse Zaken. Het is vanuit die hoedanigheid dat Pas minister Verlinden ondervroeg. Zij drong er bij de minister op aan maatregelen te nemen om een einde te maken aan dat taalwetincivisme.
“Verlinden kwam evenwel niet verder dan de situatie te betreuren in plaats van er ook iets aan te doen,” stelt Pas. “Als minister van Binnenlandse Zaken kan zij dat nochtans, zelfs helemaal op haar eentje, zonder daarin iemand te moeten raadplegen. Zij kan perfect de vernietigingsbevoegdheid aan de Brusselse regering onttrekken en die aan de vicegouverneur overdragen. Het gaat hier immers enkel over de naleving, niet over de wijziging van de taalwet. En ervoor zorgen dat die wordt nageleefd, is dat niet net één van de taken van een minister? Maar net als haar voorganger, Jan Jambon (N-VA), weigert ook Verlinden hierin haar verantwoordelijkheden op te nemen. Daar is nochtans slechts vijf minuten politieke moed voor nodig, meer niet. Dat Verlinden die moed niet heeft, maakt haar dan ook meteen medeplichtig aan het Brusselse taalwetincivisme,” besluit Pas.