Het Vlaams Belang wil het parlementair zomerreces beperken tot hoogstens vier aaneengesloten weken in de zomermaanden juli en augustus. “De periode waarbinnen het parlement zijn taken niet of niet ten volle kan uitoefenen moet tot een minimum herleid worden”, zegt fractievoorzitter in de Kamer Barbara Pas. “Nu gaat het zomaar eventjes om ruim twee maanden waarbinnen we de regering niet kunnen controleren. Men kan zich tevens afvragen waarom het parlement zichzelf zoveel betaalde vakantie geeft.”
Vandaag 21 juli start in de Kamer van Volksvertegenwoordigers traditioneel de zomervakantie, het zogenaamde parlementair zomerreces. “Om officieel te eindigen op de derde dinsdag van september, wat maakt dat het parlementaire werk meer dan twee maanden stilligt”, aldus Pas. “En het parlement sluit ook nog eens de deuren met het Allerheiligen- en het krokusverlof, net zoals de twee weken van het Kerst- en het Paasverlof. In totaal zijn er jaarlijks dus meer dan honderd dagen dat het parlement niet werkt. Waarom is dat nodig? Het is niet alsof er geen werk op de plank ligt of er geen hervormingen moeten gebeuren.”
“Twee maanden zomerreces, dat komt paars-groen wel heel goed uit”
“Deze archaïsche vakantieregeling, die trouwens ook geldt voor de Senaat, gaat terug tot in de negentiende eeuw, toen vele verkozenen des volks tijdens de zomerperiode nog toezicht moesten houden op de oogst op hun velden en landerijen”, vervolgt Pas. “Het mag duidelijk zijn dat dit excuus in 2022 al lang niet meer opgaat, maar systeempolitici hebben het blijkbaar moeilijk om hun eigen privileges af te bouwen.”
“Het kan vooral niet zijn dat een regering, en al zeker niet dit paars-groen rampenkabinet, gedurende bijna een vierde van een jaar vrij spel krijgt, zonder dat parlementsleden de ministers en staatssecretarissen kunnen bevragen of interpelleren”, besluit Pas. “Om deze reden diende ik samen met collega Wouter Vermeersch een voorstel tot verklaring van wijziging van de Grondwet in teneinde het parlementair zomerreces te beperken tot maximaal vier weken en ons daarnaast de mogelijkheid te geven om in spoedeisende gevallen ook tijdens deze vier weken te kunnen samenkomen.”