De kans dat een illegaal of een uitgeprocedeerde asielzoeker een uitwijzingsbevel straffeloos kan negeren is in dit land vier keer groter dan dat hij ook effectief wordt uitgewezen. Dat blijkt alvast uit cijfers die ik opvroeg bij staatssecretaris Francken.
Nadat eerder deze maand was gebleken dat de repatriëringscijfers onder Francken lager liggen dan onder Di Rupo, blijkt het uitwijzingsbeleid in zijn totaliteit te slabakken. Zo werden er van de 45.601 uitwijzingsbevelen – die betrekking hadden op 38.441 individuen – die in 2017 werden uitgeschreven amper 8.536 uitgevoerd. Minder dan 1 op 5 dus.
Bijzonder veelzeggend is dat het in 19.551 gevallen ging om illegalen die eerder reeds een dergelijk bevel hadden gekregen – en dat vervolgens feestelijk aan hun laars lapten. Sinds het aantreden van Francken is er amper 20 procent kans dat een uitwijzingsbevel ook effectief wordt uitgevoerd. Die eenvoudige kansberekening is diep doorgedrongen in het illegalencircuit.
Het kalf ligt gebonden bij de structurele ondercapaciteit in de gesloten terugkeercentra. Er wordt weliswaar steevast aangekondigd dat de capaciteit zal worden opgevoerd, maar feit is dat slechts een fractie daarvan binnen deze legislatuur zal worden gerealiseerd. Een snelle oplossing kan nochtans worden gevonden door een aantal van de huidige asielcentra – met zo’n 5.500 leegstaande plaatsen – te sluiten en het geld dat daardoor vrijkomt versneld te investeren in nieuwe terugkeercentra. Nu de asielcijfers weer aan het stijgen zijn is het primordiaal dat we een duidelijk signaal geven dat wie hier illegaal voet aan wal zet, linea recta wordt gerepatrieerd.
Kortom: van een trendbreuk in het asielbeleid is ook onder deze regering allesbehalve sprake. Het spreekt voor zich dat bij ongewijzigd beleid het leger illegalen – vandaag goed voor 200.000 mensen – in onze steden nog verder zal aangroeien, en de N-VA vandaag organiseert wat ze gisteren bestreed: een volgende collectieve regularisatieronde.