In de commissie Financiën ligt opnieuw een wetsvoorstel van Vlaams Belang ter tafel om de hele koninklijke dotatieregeling af te schaffen. “Het valt democratisch op geen enkele manier te verantwoorden. En bovendien geven de dotaties aanleiding tot wanpraktijken en is er veel te weinig controle mogelijk”, zegt fractievoorzitter in de Kamer Barbara Pas (Vlaams Belang).
“Momenteel kunnen er dotaties worden toegekend aan de vermoedelijke troonopvolger, de Koning of Koningin die troonsafstand heeft gedaan, de overlevende echtgenoot of echtgenote van de Koning of Koningin, de overlevende echtgenoot of echtgenote van de afgetreden Koning of Koningin, de overlevende echtgenoot of echtgenote van de vermoedelijke troonopvolger. Zowat de hele familie dus”, aldus Pas. “Maar met de Civiele Lijst, met de Koninklijke Schenking, met hun via de Belgische Staat gegenereerd fortuin, hebben ze in Laken al een comfortabele levensverzekering. Laat de leden van de koninklijke familie eens werken om den brode.”
“Zolang het nodig is, zullen we dit voorstel over de koninklijke dotaties telkens weer herindienen”
Koning Albert II ontvangt een jaarlijkse dotatie van 975.000 euro. Als overgangsmaatregel behouden Prinses Astrid en Prins Laurent hun jaarlijkse dotatie van respectievelijk 339.000 en 325.000 euro. Elke begrotingsopmaak geeft aanleiding tot een aanzienlijke verhoging van de bedragen. “De dotaties van Astrid en Laurent houden geen enkel verband met de koninklijke functie”, stelt Kamerlid Wouter Vermeersch (Vlaams Belang). “Beiden zullen nooit de troon bestijgen. Astrid komt in de troonsopvolging op de vijfde plaats en Laurent op de dertiende plaats.” Het Vlaams Belang wil komaf maken met deze dotaties ‘met een persoonlijk karakter’, alleen al omdat ze strijdig zijn met het gelijkheidsbeginsel.
“Er is ook onvoldoende mogelijkheid tot toezicht en controle, dat blijkt uit de gecontesteerde activiteitenverslagen die jaarlijks openbaar worden gemaakt”, besluit Vermeersch. “Bovendien zijn de dotatiegerechtigden ook gehouden aan neutraliteit en terughoudendheid, en daar is het al vaak misgelopen. Hoog tijd dus om voor eens en altijd komaf te maken met deze dotaties.”